vrijdag 21 oktober 2016

Het allerlaatste woord...





Straf dat net jij degene bent die me zo knalhard op mijn eigen vergankelijkheid wijst. Nog straffer dat je laatste woord geen ”grand finale” is, maar een plotse en onverwachte stilte…

Ons verhaal met vele pijnlijke hoofdstukken over wolven, schorpioenen en vissen was al lang voorbij. Herinneringen rustten ergens in de alleronderste lade. De laatste pagina was al heel erg bestoft, omdat ik de behoefte niet had het verhaal te herlezen. De laatste week echter heb ik niks anders gedaan dan het te herlezen, dan stukken te hernemen, dan me opnieuw onder te dompelen in het verhaal van de wolf en de schorpioen.

Neen, een sprookje was het niet en over rozen ging het ook niet. Doornen, die waren er wel. Van die grote giftige. En ja, wonden die telkens opnieuw werden gelikt, maar die nooit de kans kregen te helen, gewoon omdat “beterschap” er niet in zat bij de hondsdolle en bloeddorstige wolf.

De wolf zijn recept voor geluk heeft helaas gefaald. De 7 stappen hebben niet bijgedragen tot een blijvend gelukkige wolf… niet voor, tijdens of na zijn reis met de schorpioen.

Wolves' recipe for happiness
                  proces 1 : Assess your strengths and weaknesses
                  proces 2 : Acknowledge and accept your weaknesses
                  proces 3 : Keep building on your strengths to improve yourself
                  proces 4 : Do not expect others to fill in any of your own blanks ... this is your responsibility
                  proces 5 : Do not accept requests for filling in any of the blanks of others ... this is their responsablity
                  proces 6 : Relations aren't puzzles that can be complete ... each partner is an artist that brings his/her unique, personal elements, which are not set to remain indefinetely the same and can evolve in time. Together you can build a unique, never recreatable and continuously changing work of art. Keep that in mind, and keep looking at the so farcreated work of art whenever together ... from all possible angles ... still it's important to do so when apart too ...
                  proces 7 : Repeat proces 1 through 6 continuously as a multi-threaded background task and keep in mind that happiness will fluctuate. It's the average level of happiness that is achievable that counts ...
  
Nu ik deze week alle door mij opgebouwde veiligheidsmuren zelf heb durven slopen, vanuit de finale geruststelling dat de wolf er niet meer kan overheen gluren is er terug die enorme confrontatie met veelzijdige maskers en ook het medelijden met de naakte kwetsbare wolf, de vrouw die hij achterliet… en het diepe verdriet omdat de wolfjes nu zonder hem verder moeten.

Wolf knows Scorpio will keep on looking at the artwork concieved ... Wolf
will too ... these artworks will always remain in progress ... even if one
of the artists has other artworks to finish ... beauty can also be found in
unfinished art ... for the passion of the artists is already visible ...
Wolf wants to fly on own strength ...


Wolf, ik hoop dat het je goed gaat, hoop dat je zielsrust gevonden hebt… en ben boos omdat je het allerallerallerlaatste woord veel te vroeg gehad hebt.





donderdag 20 oktober 2016

How it ends - Devotchka

Hold your grandmother's bible to your breast
Gonna put it to the test
You wanted to be blessed

And in your heart you know it to be true
You know what you gotta do
They all depend on you

And you already know
Yeah, you already know how this will end

There is no escape from the slave catcher's songs
For all of the loved ones gone
Forever's not so long

And in your soul they poked a million holes
But you never let em show
Come on, it's time to go

And you already know
Yeah, you already know how this will end

Now you've seen his face
And you know that there's a place in the sun
For all that you've done
For you and your children

No longer shall you need
You always wanted to believe
Just ask and you'll receive
Beyond your wildest dreams

And you already know
Yeah, you already know how this will end.




"Menselijk en faalbaar. Maar met de moed het falen te aanvaarden als een leerschool. Het te koesteren als deel van ontwikkeling. Naar integriteit. Niet naar perfectie. Een reflectie, om uit en van te leren. Tot het eindigt. Met mezelf, en voor mezelf." - Stéphane Kalmès, 17/10/2011

donderdag 24 maart 2016

Ik geloof...

24-03-2016

Er is goed en kwaad, liefde en haat… Ik weet dat ondertussen, ben niet naïef. Of ja, misschien toch wel een beetje. Want, ondanks het hier en nu en de dingen die gebeuren, die gebeurd zijn en die zullen gebeuren, weiger ik om mijn geloof naast me neer te leggen.

Ik geloof! Neen, niet in een god, maar in Liefde, in het Goede en in de Mens. Toegegeven, dat geloof is al vaker op de proef gesteld. Maar, ik neem aan dat dat in elk geloof zo is, dat de beproevingen die je hebt doorstaan net dat geloof versterken en het verankeren in je zijn. Niet?

Ik hou niet van het stigmatiseren en generaliseren. Tja, als 50% Duitse, 50% Oostenrijkse heb ik ook al mogen ervaren wat het is om met de vinger gewezen en nagefluisterd te worden. Als niet-katholieke, die naar een staatsschool buiten het dorp ging en er zedenleer volgde en geen communie deed. Als dorpsbewoner die zijn wortels elders had en geen familie in dit land had (familiefeesten, dat kende ik niet), behalve mijn ouders en zusje. Als anderstalige die er vreemde buitenlandse folkloristische gebruiken en rare culinaire gewoonten op nahield. 

Jawel, ik had een mooie en gelukkige jeugd. Maar, in een tijd dat in de Vlaamse velden de meer “zichtbare buitenlander” - zeg maar de Noord-Afrikaanse moslim - nog niet zo dik gezaaid was, waren wij de “exoten” in het dorp. Ja, als kind heb ik daar ooit om gehuild, want ik wilde niet anders zijn en voelde me vaak alleen. Maar, ik had ook vrienden… goede mensen: Vlaamse, Nederlandse, Franse, Duitse, Oostenrijkse, Amerikaanse, joden, moslims, katholieken, protestanten en atheïsten, homo’s, hetero’s en lesbiennes. Er waren er bleke, minder bleke, licht getaande, bruine, zwarte, rode en gele. O.K., de laatste paar dat is allicht een beetje overdreven. Maar, het had zeker gekund. Zonder probleem. 

Het waren stuk voor stuk goede mensen. Zo nu en dan zat er ook wel eens uitzonderlijk een slechte tussen, maar vooral goede! Lieve, hartelijke, open, behulpzame, grappige, leuke en toffe mensen. De ene wil geen koolhydraten, de ander eet geen (varkens)vlees, ikzelf lust geen spinazie. Er waren er met rode rokjes, met blauwe broeken, met geruite hemden of opwollende truien. Ja, er waren er zelfs met kilts en dirndls… Sommigen drinken alcohol, sommigen zelfs veel, andere weinig en nog andere niet. Er zijn er die dansen, zingen, dichten, schilderen, tekenen, schrijven, een instrument bespelen of die net zoals ik niks van dat alles kunnen. Ik ken er met bril en zonder, met lenzen en zonder. Kale, met kort haar en met lang haar, met krullen, met sluik haar, met baard, met snor of niet. Met grote voeten, gemiddelde voeten en kleine voeten. En, ja, met tattoos en zonder.

Gelukkig moest ik als buitenlander zelf nooit kleur bekennen: ik moest niet gaan stemmen en deed het ook niet. Niet in Oostenrijk, een land waar ik niet thuis was, noch in België, een land waar ik geen wortels had. Ik bekende me alleen openlijk als niet-rechts, dat wel. Want, daar heb ik nooit aan meegedaan. Ondertussen ben ik Belg. Geïntegreerd dus. En, nog steeds niet-rechts, ondanks de dingen die rondom mij gebeuren.

Ja, er zijn idioten op de wereld. Deze week waren het er 3 die nogal wat schade aangericht hebben. Allicht zijn er nog meer zoals zij, idioten. Er zijn echter ook mensen die het omgekeerde zijn: niet-idioten, zeg maar. Mensen die geen schade aangericht hebben en ook die intentie niet hebben. Sta me toe – zonder enig cijfermatig of wetenschappelijk bewijs – te mogen stellen dat dit er meer zijn dan 3… of 30… of 300… of 3.000… of zelfs 30.000 of 3.000.000 zijn, die goede mensen. Een deel daarvan ken ik persoonlijk en ik ben blij hen te mogen kennen, blij dat zij me aanvaarden voor wie/wat ik ben, net zoals ik dat met hen doe.


Ik doe niet mee aan stigmatiseren. Ik doe niet aan rechts of links. Ik doe ook niet aan goed of kwaad. Sta me toe alleen aan Goed te doen (en niet aan kwaad), aan Liefde (en niet aan haat) en aan geloof in de Mens… Want, dat geloof daar heb ik recht op!


vrijdag 15 januari 2016

Sollicitatie-update



Laat ons eerlijk zijn… Neen, ik loop heus niet zo gigantisch hoog met mezelf op en vind mezelf ook niet zoooo fantastisch dat ik mijn achterzijde een nul-meridiaan-transit waardig acht. Ik ben eerder een down-to-earth-meid met een gezonde portie zelfspot en relativeringszin als het mezelf aanbelangt. Maar, als het op solliciteren aankomt, dan heb ik best wel een meer dan gemiddeld aantrekkelijk en veelzijdig pakket in de aanbieding en ben ik me ook wel vrij bewust van de professionele kwaliteiten, die ik bezit.

Dankzij maandenlange intensieve begeleiding heeft mijn professioneel zelfbeeld op dat vlak trouwens – nadat het ontslag me een ferme deuk gaf – ook een nieuwe boost gekregen en besef ik dat ik met mijn 40+-leeftijd écht nog niet afgeschreven ben en heus nog wel kan mikken op een job die bij me past. Die positieve vibes vertaalden zich vooral in heel erg doelgerichte sollicitaties, niet zomaar lukraak in het blinde weg, maar heel concreet afgelijnd. Dat heeft niet zozeer te maken met het feit dat ik “kieskeurig” ben of mezelf te goed voel voor bepaalde functies, maar “zomaar een job”, daar wil ik niet voor tekenen. Een job met inhoud, zo eentje waarbij de feel-good factor hoog ligt, je het gevoel hebt iets betekend te hebben die dag en dat bij voorkeur in een sfeer van positieve energie. Samen de schouders ergens onder zetten en gaan voor het groter geheel!

In de praktijk vertaalde zich dat naar een 14-tal schriftelijke kandidatuurstellingen voor jobs waarvan ik het gevoel had dat ze grotendeels in de lijn van mijn verwachtingspatroon én interessesfeer lagen. Jobs die ik stuk voor stuk zag zitten en die me allemaal een goed gevoel gaven. Van die 14 brieven ben ik in totaal 3x uitgenodigd voor een gesprek: bij een eerste sollicitatie eindigde ik als 2de van ca. 200 kandidaten. De teleurstelling en de tranen van het gevoel “gefaald” te hebben en op de eindmeet geklopt te worden waren heel erg bitter en brandden nog dagen na, vooraleer ik me opnieuw bij elkaar raapte en met herwonnen optimisme aan het solliciteren ging. Een heel erg lang gesprek op een andere plaats gaf me opnieuw hoop, ook al was de job niet helemaal mijn ding, doch ik vernam zopas dat ze er – ondanks het enthousiasme van hun kant – de voorkeur aan gaven om een heel jong meisje aan te nemen onder I.B.O.-contract. Op zich niet zo erg, gezien ik toch wel enkele bedenkingen had…

Dat brengt ons naar het laatste gesprek, een gesprek dat ik eerder deze week had. De vacature voor deze baan kwam eigenlijk eerder toevallig bij me binnen: dankzij een alerte kennis, die op de hoogte was van het feit dat ik “zoekende” ben. Hij had op zijn beurt uit zijn netwerk de vraag gekregen of hij geen “witte raaf” wist voor een bepaalde functie als administratief verantwoordelijke en dacht daarbij spontaan aan mij. De functieomschrijving werd naar me doorgestuurd en toen ik ze las kon ik perfect alle eisen afpunten: “kan ik, wil ik, heb ik al gedaan én wil ik graag doen”. Samenvattend waren er op het eerste zicht dus geen negatieve punten of bedenkingen van mijn kant. Ik schreef mijn motivatiebrief, die vlotjes over mijn scherm stroomde en die ikzelf toch wel “het betere werk” vond (na 13 brieven kon ik al wat vergelijken en merkte ik zelf vorderingen in mijn sollicitatiebrieven-schrijven), voegde mijn toch wel knap gelayout c.v. toe en stuurde alles door. Enkele dagen later de vraag of ik schriftelijke testen wilde komen doen, nog voordat er een kennismakingsgesprek geweest was.

Afgelopen week kreeg ik dan ook, 37,5 uur voordat ik verwacht werd voor de schriftelijke proef, een mailtje met daarin hetgeen we konden verwachten: een concreet af te handelen offertevraag en nacalculatie van een project en dan nog een deel dat we vooraf thuis mochten voorbereiden. Ik zag het helemaal zitten! Gezien we een laptop mochten meebrengen had ik een leuke presentatie gemaakt – niet té flashy, niet te straks of gewoontjes – om mijn “case” te verdedigen. Het was een heel leuk werkje en iets wat me écht wel ligt.

De dag van de schriftelijke proeven kwam ik serieus gehavend toe – nadat ik daags voordien zwaar ten val was gekomen op mijn huidige werk en met een aantal kneuzingen zat, die me enorme pijn bezorgden – doch bruisend van de energie. Als eerste aangekomen zag ik dat het een proef in groep was, tesamen met de andere kandidaten. Ik vroeg hoeveel “anderen” er waren. 40 Kandidaten, waarvan er een 7-tal vandaag zouden komen, gezien er vooraf al enkelen hadden afgehaakt na het lezen van de mail over de schriftelijke opdrachten. In de praktijk bleken het er dus 4 à 5 “tegenkandidaten” te worden, zo precies weet ik het niet meer omdat ik vol gefocused was op de proef. Wel herinner ik me dat één van de kandidates 20 minuten te laat toekwam. De proeven waren best wel complex en niet zo evident zonder enige achtergrondinfo of technische kennis, maar ik was vastberaden er het beste van te maken en geheel in de lijn van mijn natuur kalm en rustig om te gaan met de toch wel uitdagende vragen en analytisch te werd te gaan.

Vrij snel haakte een 1ste kandidate af (“Geen spek voor mijn bek”) en volgende iets later een tweede (“Te hoog gegrepen”) en een 3de (“Te moeilijk, niet echt haar ding”). Met z’n 2-en bleven we doelgericht en strak gefocused verder werken aan onze taken: calculeren, nacalculeren, offerte maken, alles opnieuw doornemen . Met nog slechts een korte vraag vooraleer af te geven, riep ik de gedelegeerd bestuurster bij me – zij nam de proeven persoonlijk af – en was het tijd om mijn case te verdedigen. Behoorlijk overtuigd van het feit dat ik me zeer goed had voorbereid, begon ik eraan. Ik denk dat ik slechts enkele minuten bezig was, toen de laatste overblijvende kandidate opstond, ons benaderde en meedeelde dat ze er de brui aan gaf: “Nu ik Mevrouw hier zo hoor praten, besef ik dat zij dit zoveel beter kan en hou ook ik het hier voor bekeken”. Ik zweer het: een onbeschrijflijke adrenalinestoot én tegelijk ook wel een écht bizarre situatie. Je schiet daar gewoon als laatste over, omdat al de rest zichzelf naar huis heeft gespeeld en opgaf. Gebrek aan motivatie? Gebrek aan doorzettingsvermogen? Faalangst? Ik weet het niet. Ht leek me alleszins (voor hen) bijzonder spijtig dat ze niet toch de moeite gedaan hebben om te proberen of te argumenteren of op z’n minst zichzelf voor te stellen.

Ik daarentegen heb na het verdedigen van mijn case nog een heel fijne lange kennismakingsbabbel gehad met wat normaalgezien mijn nieuwe bazin gaat worden.



Het enige wat er nog ontbreekt is de handtekening en die hoop ik volgende week te kunnen gaan zetten. Het is dan ook misschien een heel klein beetje voorbarig, maar ik wil nu alvast mijn man bedanken voor zijn immer aanwezige steun en nooit aflatende rust en vertrouwen (dankzij hem ben ik steeds de beste versie van mezelf). Verder een woord van dank voor Nadia en voor mijn zusje voor het telkens weer duimen, mailen, bellen, navraag doen. Dank ook aan collega’s, vriendinnen en vrienden die meedachten in mijn queeste en dan vooral aan Alec en Kristel voor de “gouden tip” (blij dat ik de “witte raaf” mag zijn). Mijn papa ben ik dankbaar voor de 21 jaar waarin hij mee zorgde voor mijn opvoeding en opleiding en zo voor een deel verantwoordelijk is voor de persoon die ik nu ben. Dankjewel ook Ina voor de steeds zo leerrijke sessies, de hulp, steun, beschikbaarheid en realistische kijk op een snel veranderend professioneel klimaat. De positieve energie van jou en de groep was telkens iets om naar uit te kijken. Ik ga jullie missen… En, na 4 maanden ben ik eindelijk zo ver dat ik kan zeggen: dankjewel vorige werkgever voor de 4 jaar samen en om me vrij te geven voor een baan die zoveel beter bij me past. Aan mijn huidige collega’s: ik zal jullie missen…