In 1885 schreef Albert Verwey (Nederland, 1865-1937) als amper 20-jarige Persephone. In datzelfde jaar werd hij trouwens geschilderd door een vriend, Jan Veth. (Het schilderij kan je bewonderen in het Stedelijk Museum in Amsterdam)
Albert Verwey maakte deel uit van de Tachtigers. Albert, de jonge dichter en zoon van een meubelmaker, was er een toonaangevende figuur. De Tachtigers propageerden in de jaren 1880 vernieuwende en voor die tijd controversiële opvattingen over kunst en literatuur, stoelend op het l'art pour l'art-principe. Ze zetten zich daarmee nadrukkelijk af tegen de oude garde in de Nederlandse literatuur, die als zielloos, moralistisch en ingedut werd afgedaan.
Ik leerde een deel van het gedicht Persephone op de middelbare school en het is altijd blijven hangen. Want, Persephone, dochter van dochter van Demeter, de godin van de landbouw en het graan, en de oppergod Zeus én zelf godin van het dodenrijk en van de lente, wordt ook wel “Kora” genoemd en is dus mijn voornaamgenote.
Niet alleen omwille van haar naam, maar ook omwille van het verhaal dat erachter schuilt, is dit werk van Albert Verwey allicht één van mijn favorieten. Persephone/Kora ligt namelijk aan de basis van de lente en de zomer. Laat dat nu mijn 2 favoriete seizoenen zijn.
Wikipedia leert ons:
“Demeter hield geweldig veel van haar dochter en waakte over haar als een moederkloek. Maar toch werd Persephone ontvoerd, juist toen ze bloemen plukte in het veld. Hades, de god van de onderwereld en heerser over de doden, kwam met paard en wagen op uit een kloof in de schoot van de aarde en trok haar op zijn wagen. Persephone riep om hulp, maar het mocht niet baten: ze verdween met hem in de duisternis.
Demeter stortte zich in een diep verdriet. Na lang gezocht te hebben op aarde ging ze ook de sterrenbeelden af, daar vroeg zij aan Hélice of zij haar dochter niet gezien had. Deze gaf als antwoord dat Helios alles gezien had, en gaf daarna zelf het antwoord al: Persephone is in de onderwereld, bij Hades. Demeter was volkomen machteloos en in haar treurnis over het verlies bracht ze een dorre winter op aarde en veel mensen leden hongersnood.
Toen het al te erg werd, gebood Zeus zijn broer Hades om Persephone aan haar moeder terug te geven. Hades stemde toe, maar Persephone moest nog één avondmaal eten en daar at ze zes granaatappelpitjes. Als er eenmaal iets in het dodenrijk is gegeten, kan men niet meer terug. Voor elke pit die ze gegeten had moest Persephone een maand naar hem terugkeren. En zo gebeurde het dat zij elk jaar in de lente en een deel van de zomer, het groei- en bloeiseizoen, bij haar moeder was en daarna weer terugging naar de onderwereld, naar Hades. Met Persephone kwam dus elk jaar de lente op aarde, en sprak men van de Anodos van Persephone. De mythe van Demeter, Hades en Persephone kan zo gezien worden als de Griekse verklaring van het ontstaan en voortduren van de seizoenen.”
Ikzelf, Cora, duik elk jaar vanaf eind september tot aan het begin van de lente in een winterdip, bij Hades, die me elk jaar opnieuw dieper wil meesleuren. En in de lente herleef ik, tezamen met de bloesems.
Het is nu zomer – ook al voelt het zo niet – zodat ik nog eens een fragmentje van Albert Verwey erbij neem.
[Persephone.] Voorzang.
Perséphone, Zeus' en Deméters kind,
Geboren als een bloesem wordt geboren,
Die lieflijk hangende in den lach der zon,Geboren als een bloesem wordt geboren,
Die lieflijk hangende in den lach der zon,
Ontluikt - zijn niet haar voeten in den dauw,
Die langs de bloemen drijft in Enna's dal
Speelt zij waar 't water welt en zwemmen daar
Haar witte leden zacht langs 't gouden zand,
Of rust zij met de Nimfen aan den zoom,
Waar zich Rhodeia tusschen rozen bedt?
Reit zij niet mee aan Afrodites zij,
Terwijl om beider hoofd de bloesem geurt,
Wier blaad'ren vallen langs de blanke slaap?
...
Kora.
een zoele zomernoen:
Warm lag de middag, broeiende over 't bergwoud,
Soms floot in 't volle boschje een enkle vogel
Allerlei tonen - dan was alles stil;
Want al wat leefde school in koele schaûw; -
Ook Kora: bij een bron lag ze aan den zoom,
Voorover in het koel en zwellend gras
En geur'ge hyakinthos, vol in bloei,
En lang en langzaam liet zij bloemen vallen
Op 't water, doch zij wist nauw dàt zij vielen.
Meer weten?
Kijk dan hier voor meer Persephone van Albert Verwey.
Oh ja, indien je ooit ergens het boek "Persephone en andere gedichten" van Albert Verwey tegen een goed prijsje ziet liggen, laat het me weten
Geen opmerkingen:
Een reactie posten