donderdag 20 oktober 2011

Sollicitatiekoorts...



Mijn GSM… Ik was er het afgelopen jaar nogal mee vergroeid, wilde dag en nacht bereikbaar zijn voor het geval er met mijn mama iets zou zijn. Sinds ze er niet meer is ben ik op het vlak van GSM-gebondenheid een pak relaxter. Ja, ik zeul het ding nog steeds met me mee (traditioneel in de rechter achterzak van mijn jeans), maar durf’m ondertussen toch al eens in mijn handtas – buiten (h)oorbereik - laten zitten en uren later pas beseffen dat ik 3 sms-en en enkele oproepen “gemist” heb. Gemist? Bwah, niet echt eigenlijk, want ik heb de behoefte niet om ten allen tijde voor iedereen bereikbaar te zijn, noch ben ik zelf een sms-er die graag ingaat op de vraag “hoe ist?”, want het kost me gewoon teveel tijd en moeite om een antwoord op zo’n sms terug te sturen. Vandaar dat ik sinds het overlijden van mijn mama eigenlijk standaard antwoord met “xxx”, zodat ik me niet hoef te schamen sms-en onbeantwoord te laten en de afzenders ervan in onwetendheid te laten. Prima oplossing voor alle betrokken partijen :-)


Sinds gisteren durf ik mijn gsm echter geen seconde uit het oog te laten, uit schrik het verlossende telefoontje te missen. Behoorlijk stom eigenlijk, want het kan evenzeer zijn dat ik helemaal niet opgebeld word en pas vanavond in mijn mailbox thuis zie of de kansberekening eindelijk nog eens in mijn voordeel heeft willen werken. Want, sinds we de Conti-Trophy naar Marokko niet gewonnen hebben (we hadden thans statistisch gezien 57% kans om erbij te zijn) en Murphy 100% beslag gelegd heeft op mijn leven met zijn niet te omzeilen wetten, geloof ik niet meer in het geluk dat aan mijn zijde staat. Voor een optimistische realist is dat een weinig opbeurende vaststelling natuurlijk, ook al probeer ik ondanks alle tegenslagen ergens toch het positieve te zien…


Het telefoontje dus… Ik verwacht nieuws. Niet zomaar nieuws, maar nieuws dat mijn leven een heel nieuwe wending zou kunnen geven. Een wending waar ik eigenlijk dringend aan toe ben en naar uitkijk. Als je net je moeder begraven hebt en 2 dagen later te horen krijgt dat je stoel na 14 jaar verdwijnt (of beter: verhuist naar Antwerpen of Anderlecht), dan zit er niks anders op dan hééééééél hard, snel en efficiënt in actie te schieten. Ik ben dan ook in actie geschoten en heb mijn netwerk laten weten dat ik werk in eigen stad zoek, beleefd per mail en voorzien van een vers geüpdate C.V. Toevallig kwam ik zo uit op een vacature die 100% op maat van dat C.V. geschreven lijkt: opleiding, ervaring, persoonlijke kwaliteiten, … ALLES klopt gewoon aan dat plaatje. Na één gesprek vorige week schoten we dan ook nog met 2 over… 50% kans… Zij of ik. En, voor alle duidelijkheid: zij is écht wel concurrentie! Jong(er), leuk, vlot, spontaan, fris… Op 1ste zicht heeft ze alles, ook al weet ik niet wat haar professionele achtergrond is. Maar, ze zag er alleszins een heel erg toffe uit, toen ze vorige week vlak voor me de vergaderruimte verliet waar de gesprekken plaatsvonden. En, ja, het moet gezegd, op die vreselijk druilerige en donkere regenachtige woensdagavond leek het me beter om voor de klassieke dresscode te gaan (iets waar zij haar knappe laarzen aan geveegd had), wat misschien wel een voordeel was… of niet… ik weet het niet. Maar, dat ik momenteel (Murphy en zijn recente daden indachtig) niet echt de meest ideale promofolder voor mezelf ben, dat is duidelijk. Verdriet en tegenslagen zijn moeilijk te verbergen en tekenen zich af op je voorhoofd (de diepe frons wordt nog prominenter) en in je ogen (waar is die sprankel en die glans?) en is ongetwijfeld zichtbaar aan je houding, eender hoe hard je probeert om het weg te steken en je van je meest zelfzekere en vrolijke kant wil tonen.


Het kan ook zijn dat ik na 14 jaar zonder sollicitatiegesprekken (los van de 2 die ik een jaar of 11 geleden eens gevoerd heb, toen er sluitingsgeruchten de ronde deden en ik een “plan B” wilde hebben) een soort van ingebakken zelftwijfel heb als het erop aankomt mijn leven drastisch een nieuwe wending te MOETEN geven. Ik bén de vrouw die ze nodig hebben voor die job en ik bén degene die ongetwijfeld het deksel is dat op dit vacaturepotje past. Alleen weet ik niet of ik de juiste overtuigingskracht had vorige week, of ik zelfzeker en krachtdadig genoeg overgekomen ben, of ik het familiale verdriet professioneel heb kunnen wegsteken?


Deze week zou ik weten of de raad van bestuur mijn dan wel haar aanstelling goedkeurt, deze week ga ik weten of ik me verder in de etalage zal moeten zetten en me ga moeten verkopen aan iemand anders, deze week gaat er een moment komen dat ik die gsm weer in mijn handtas mag vergeten…

Geen opmerkingen:

Een reactie posten